Mijn probleem

Mijn probleem is simpel. Ik vind teveel kledingstijlen leuk. En te is nooit goed, zo heb ik geleerd.

Ik ben niet dat ene sporty meisje, of die chique chick. Nee, ik wil beide kunnen zijn. En ook vintage, truttig, stoer, en zakelijk. En een mix van die stijlen door elkaar. Maar als je zoveel verschillende stijlen leuk vindt, dan is gericht winkelen er niet bij. Dan word je blij van bijna alles waar de paspoppen in de winkeletalages mee showen.

Vriendin F. heeft echter een andere theorie. ''Jouw probleem is dat je een klerenhanger bent die alles staat''(is onzin hoor, daarover straks meer). Zelf moet ze naar eigen zeggen heel gericht op zoek naar outfits die passen bij haar vrouwelijke figuur (eentje waarde mannen hun vingers bij aflikken, believe me). '' Maar jou staat gewoon alles wel'', zegt ze. Natuurlijk ben ik het daar niet mee eens. Want in de helft van de broeken vind ik mijn achterwerk iets te nadrukkelijk aanwezig (uiteraard ligt dat aan het model broek, zeg me alsjeblieft niet dat ik moet gaan sporten), en in de helft van de jurkjes mis ik de vrouwelijk zegeningen die Moeder Natuur mij onthouden heeft. Van sommige kleuren word ik een lijkje, bepaalde stoffen flatteren mij niet bepaald en zo kan ik nog wel even doorgaan.

Maar goed, ik begrijp een klein beetje wat vriendinlief bedoelt. Als ik iets leuks zie, het uit de rekken gris en in de kleedkamer aantrek, zit het meestal wel. Een maatje kleiner of groter misschien, maar vaak moet ik het daarna toch echt meenemen naar de kassa. En dat is een probleem. Want ik ben dat pashokje niet ingedoken met één kledingstuk, maar minstens met zeven. Waarvan ik er dan vijf leuk vind. En die moeten allemaal mee. Dat gaat op koopavond zo, op zaterdag zo, en als ik geluk heb is het dat weekend koopzondag en kan ik weer. En weer. Ik had het kortom niet meer in de hand. En dat is (ik durf nog niet in de verleden tijd te schrijven) mijn probleem.