Het magere-mode-maanden-meisje en het vette ruilfeest


Het gebeurt zodra ik de ruimte binnenstap en de bergen kleding zie liggen. Ik sla op tilt. Mijn hart begint sneller te kloppen, mijn ademhaling wordt gejaagd en ik kan nog maar aan één ding denken: zo snel mogelijk die bergen kleding doorwroeten voor iemand anders er met iets leuks vandoor gaat.

Afgelopen zondag trakteerde ik mezelf op een kledingruilfeestje, want hé, ik ben potverdorie dus gewoon al een half jaar clean, en hé, dat is dus best een feestje waard. Bovendien is het een hele mooie stimulans om het vooral nog een half jaar vol te houden. Wel had ik van vriendin F. de strenge restrictie gekregen, dat ik niet meer kleding mocht meenemen dan ik in zou leveren. Fair enough!

Dus moest ik in mijn kledingkast op zoek naar afdankertjes, die dienst konden doen als ruilmiddel. Maar oh, wat was dat moeilijk. Ondanks dat ik belachelijk veel kleren heb, is er maar weinig wat ik niet mooi of leuk vind. De hele selectieprocedure duurde uren: alles moest gepast en bekeken worden, 'hmm, staat toch eigenlijk best wel leuk', terughangen in de kast, er toch weer uithalen en dat alles een keer of twintig! Na stevig overleg met mezelf vond ik toch nog twee hemdjes, twee T-shirts, twee jurkjes, twee colbertjes, een broek en twee paar schoenen. Elf items, ik was trots op mezelf.

Nadat ik de spullen had verzameld laadde ik de auto vol om naar een verjaardagsfuif in het zuiden van het land te gaan, waarvandaan ik de volgende dag meteen door zou gaan naar het ruilfeestje. Die avond op de fuif klaagde vriendin S. dat ze zo weinig kleren had. Maar, ook dat ze shoppen vreselijk vond! Ik ben aardig empathisch onderlegd, maar hier kon ik niets mee. Toen ook haar vriend nog een duit in het zakje deed en begon te zeurenn over 'dat oude colbertje dat ze nou al acht jaar droeg', stond ik op. Ik pakte een colbertje en een jurk uit de weggeefzak die voor het ruilfeestje morgen bestemd waren, trok S. haar zwarte jasje uit, trok haar de mijne aan en zei: 'zo, als je die wil hebben is ie van jou.' 'Echt?', vroeg ze vol ongeloof. 'Echt!', zei ik en kreeg prompt een dikke zoen als dank. Ook het jurkje leverde een dikke zoen op. Oke, ik had nu minder ruilmateriaal voor morgen, maar de vreugde van S. maakte alles goed.

Met negen items kwam ik die zondag de Modestraat in Amsterdam Noord binnen waar het grote feest gaande was. En waar acuut de kledingkoorts in alle hevigheid toesloeg. Ik werd onrustig van het jachtige, zenuwachtige gevoel om meteen toe te moeten slaan. Waarom? Wat maakt het uit als iemand anders iets uit de stapel pikt wat jij ook mooi vindt? Heb je niet al honderden mooie kledingstukken?
Ik beheerste me, verdeelde mijn kleding over de stapels: jurken bij jurken, broeken bij broeken en begon heel rustig de stapels te inspecteren, mijn verhoogde hartslag negerend. 'Deze kleren zijn allemaal gratis', zong als een mantra door mijn hoofd.

Zo'n twintig keer dook ik het geïmproviseerde pashokje in. Dan weer met een rok, dan met een harembroek, een jurkje, nog een jurkje. En toen ik alles had gepast wat ik mooi vond, kwam er weer iemand een nieuwe lading kleding brengen en begon het weer van voren af aan. Als een hebberige ekster stopte ik snel mijn vondsten in mijn grote tas, zodat niemand ze me meer af kon pakken. Al gauw zat ik aan mijn tax. Sterker nog, ik had drie kledingstukken meer dan ik had ingebracht. Maar tot overmaat van ramp kwam er weer een nieuwe zak binnen. Met een geweldige lange hippiejurk die ik al zo lang wilde. Die nog paste ook. Toen kwam vriendin F. mij nog een waanzinnig zwart broekpak brengen, die mij prachtig stond. Alwaar ik ook nog een bijpassende riem bij vond.

Terwijl ik druk bezig was, zag ik ook andere meiden ineens lopen in de kleding die ik had meegenomen. En dat jurkje dat mij toch iets te strak zat, stond haar geweldig. ,,Komt uit Indonesië'', zei ik weemoedig tegen haar en kreeg een brok in m'n keel terwijl ze het jurkje in haar tas liet glijden. Foetsie.

Ik bleef net zo lang tot ik zeker wist dat er geen nieuwe kleren bij zouden komen. Toen streek ik neer op een stoel en kwam het moeilijkste moment. Ik moest vijf dingen terugleggen. ,,Ben je mal, neem lekker alles mee wat je mooi vindt'', zei een van de meiden die het feestje organiseerde. Zou ik? Als zij het goed vond.... ,,Nee, dat is tegen m'n principe'', zei ik standvastig en keek tevreden naar de inhoud van mijn tas.